Deuteronomium 14:9

SVDit zult gij eten van alles, wat in de wateren is; al wat vinnen en schubben heeft, zult gij eten.
WLCאֶת־זֶה֙ תֹּֽאכְל֔וּ מִכֹּ֖ל אֲשֶׁ֣ר בַּמָּ֑יִם כֹּ֧ל אֲשֶׁר־לֹ֛ו סְנַפִּ֥יר וְקַשְׂקֶ֖שֶׂת תֹּאכֵֽלוּ׃
Trans.’eṯ-zeh tō’ḵəlû mikōl ’ăšer bammāyim kōl ’ăšer-lwō sənapîr wəqaśəqeśeṯ tō’ḵēlû:

Algemeen

Zie ook: Dieren (rein)

Aantekeningen

Dit zult gij eten van alles, wat in de wateren is; al wat vinnen en schubben heeft, zult gij eten.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

אֶת־

-

זֶה֙

-

תֹּֽאכְל֔וּ

Dit zult gij eten

מִ

-

כֹּ֖ל

-

אֲשֶׁ֣ר

-

בַּ

-

מָּ֑יִם

van alles, wat in de wateren

כֹּ֧ל

-

אֲשֶׁר־

-

ל֛

-

וֹ

-

סְנַפִּ֥יר

is; al wat vinnen

וְ

-

קַשְׂקֶ֖שֶׂת

en schubben

תֹּאכֵֽלוּ

heeft, zult gij eten


Dit zult gij eten van alles, wat in de wateren is; al wat vinnen en schubben heeft, zult gij eten.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!